Gouda, 9 december 2021

Geachte collegae, beste bestuurders,

Het is weer hard tijd voor een update van onze activiteiten als Federatie en we praten u graag bij over de toch wel turbulente ontwikkelingen in de Geboortezorg. Het is zo veel dat we bijna niet weten waar te beginnen! Dus hierbij ook meteen de oproep: stuur de nieuwsbrief door naar alle partners in uw VSV.
Ook komt er weer een punt waarin wij de mening van de VSV’s hard nodig zullen hebben om gezamenlijk ons beleid en strategie te bepalen. In de voorbereiding op de ALV van 11 maart zullen we hierover zeker de dialoog opzoeken met alle VSV’s.

Bestuur

Per 1/1/2022 heeft Dita Schipper -Treur besloten haar functie als bestuurder binnen de Federatie neer te leggen. Haar drukke werkzaamheden lieten haar niet de ruimte om zich voor haar gevoel goed in te zetten voor de Federatie. Ondanks dat het bestuur een andere mening was toegedaan – want wij waren heel blij met haar inbreng – respecteren wij natuurlijk deze, voor haar moeilijke, keus.

Het goede nieuws is dat zich een aantal zeer veelbelovende kandidaten hebben gemeld. Wij zullen die bij de ALV aan u voordragen en u voor die tijd informeren over hun achtergrond, wat hen motiveert en welke aandachtsgebieden zij binnen het bestuur kunnen krijgen.

Eerst maar even een overzicht.

Voor de overzichtelijkheid volgen we hierbij de vijf “tafels” welke door VWS zijn ingericht:

  • “Kwaliteit van zorg”
  • “Organisatie van Zorg”
  • “Bekostiging en financiering”
  • “Preventie en goede start”
  • “Data, gegevensuitwisseling”

Deze indeling is gemaakt naar aanleiding van het RIVM rapport “Beter weten: een beter begin

Het is de bedoeling dat we aan de hand van deze 5 thema’s de geboortezorg verbeteren en een versnelling teweegbrengen in de veranderingen die nodig zijn. Niet alle partijen hebben er vertrouwen in dat dit iets op gaat leveren. De Federatie was zeker in het begin nogal huiverig voor de weg die is gekozen, maar wil het een graag kans geven. In de eerste bijeenkomst van het Versnellingsprogramma heeft de Federatie wel aangegeven dat naar haar mening het beleggen van de aanpak voor Organisatie van zorg bij het CPZ, zoals VWS voorstelde, geen goed idee was. VWS heeft vervolgens besloten hiervoor zelf de verantwoordelijkheid te nemen.

Tevens heeft de Federatie haar twijfel uitgesproken of, zoals VWS voorstelde, de kartrekker voor de Bekostiging en financiering bij de NZa zou moeten komen. In onze optiek was dit een ongelukkige keuze want de NZa zet(te) zich voornamelijk in voor integrale bekostiging en niet voor andere bekostigingsvarianten naast de huidige reguliere tarieven. Het zou zelfs dezelfde werkgroep zijn (IB) die nu alternatieven zou gaan onderzoeken. Hierin heeft VWS vooralsnog geen wijziging doorgevoerd. We komen hierop terug in deze nieuwsbrief.

Naast de thema’s zoals hier genoemd, is er door VWS een bijeenkomst georganiseerd over de capaciteitsproblemen. Hierover vindt u in deze nieuwsbrief ook de nodige informatie.

1. Kwaliteit van zorg
Dit thema, waar VWS het CPZ heeft aangewezen als kartrekker, gaat over een aantal onderwerpen die in het RIVM rapport zijn aangegeven nl.: snellere perinatale registratie en bredere data infrastructuur, ontwikkelen PDCA cyclus, implementeren van de ‘BUZZ-methode’ bij alle VSV’s, stimuleren van onderzoek naar oorzaken en gevolgen van vroeggeboorte en hoe dit met preventie kan worden teruggedrongen. Ook het organiseren van een duurzame en effectieve verbinding van de geboortezorg met de activiteiten en opbrengsten van Kansrijke Start vallen hieronder. Belangrijk hierbij is dat we dan wel een gezamenlijke definitie formuleren van wat kwaliteit is!

De Federatie is onderdeel van deze “tafel”. Overigens zijn wij nog in discussie over de scope en het proces om tot versnelling te komen. Voor degenen die geïnteresseerd zijn zie het voorstel van CPZ en de reactie van de Federatie hierop.

Als onderdeel van de kwaliteit wordt ook de herziening van de Zorgstandaard gezien. Zoals wellicht bekend is de Zorgstandaard recent geëvalueerd. Wij hebben ook hiervoor input gegeven en zullen u periodiek op de hoogte brengen van de veranderingen die ten aanzien van de Zorgstandaard voor u relevant zijn!

Verder is de Federatie in goed overleg met de landelijke consortia. Wij hopen met hen invulling te geven aan het verzamelen en delen van kennis vanuit onderzoek ten behoeve van het verbeteren van geboortezorguitkomsten. Ook hierover praten wij u volgende keer bij!
Het is overigens expliciet niet de bedoeling dat u gaat betalen voor activiteiten van de consortia. Wij zoeken samen met hen, hoe de positionering en de financiering past binnen de aanbevelingen die het RIVM rapport ook op dit vlak heeft gegeven.

De Federatie heeft ook contact gehad met een commercieel bureau dat een grote hoeveelheid voorlichtingsmateriaal heeft ontwikkeld in diverse talen. Helaas bleek dat de kosten zo ontzettend hoog waren dat dit voor de Federatie en ook voor haar leden geen goede mogelijkheid biedt. In de regio Utrecht is een soortgelijk project gestart en hiermee hebben we inmiddels afspraken gemaakt dat we het vele werk dat daar is uitgewerkt beschikbaar maken via de Federatie en het beheer ervan overnemen. U ontvangt hierover in januari meer informatie.

Ook onderhoudt de Federatie zeer goede overleggen met de Patiënten Federatie en andere cliëntenvertegenwoordigers zoals Zelfbewust Zwanger. Het ligt in de bedoeling om eind januari een bijeenkomst te houden waar de besturen van VSV’s alle vragen over het hoe en wat van moederraden rechtstreeks aan de organisaties kunnen stellen. Wij hebben met de Patiëntenfederatie de gezamenlijke doelstelling om binnen twee jaar bij alle VSV’s een goed functionerende moederraad te hebben!

2. Organisatie van Zorg
Voor zover ons bekend is deze werkgroep nog niet echt bijeengeweest. Belangrijke thema’s voor dit onderdeel zijn de governance van Perined en CPZ waarvan het advies van het RIVM is om die aan te passen aan de nieuwe realiteit. Hierover worden al wel gesprekken gevoerd door de Federatie met VWS. Ook lopen de gesprekken nog tussen de Federatie, VWS en CPZ over wie wat zou moeten doen en wie waar verantwoordelijk voor is. Standpunt van de Federatie is en blijft dat het de VSV’s moeten zijn die bepalen waar wanneer en hoe zij hulp willen hebben. En dat alle acties erop gericht zijn dat de VSV’s niet afhankelijk blijven van de hulp van CPZ voor het uitvoeren van hun taken en verantwoordelijkheden (vanuit het credo ‘help mij het zelf te doen’).

Daarnaast heeft de Federatie , zoals u weet, een Basiskader gemaakt voor de taken en verantwoordelijkheden van VSV’s  met de daarbij behorende financiële kaders. Dit werd besproken in onze bijeenkomst van 10 September. Dit vormt voor ons de basis voor de werkgroepen ‘kwaliteit van zorg’, ‘organisatie van zorg’ en ‘bekostiging en financiering’.
Dit Basiskader (en de financiering ervan) hebben we recent voor het eerst inhoudelijk met VWS besproken, in een zeer positief gesprek.  VWS is zeer onder de indruk van de duidelijke uitwerking, een vervolg gesprek volgt vlot in januari 2022. Het stuk gaat dienen als basis voor verdere besprekingen van ‘organisatie van zorg’ en ‘bekostiging en financiering’.

3. Bekostiging en financiering
Het experiment Integrale Bekostiging loopt binnenkort ten einde. Het schijnt dat dit niet kan worden verlengd en er een beslissing moet vallen of het wordt gestopt of regulier wordt vanaf januari 2023. In het rapport “Stip op de horizon” hebben NVOG, PFN, KNOV en BO hun visie op dit onderwerp gegeven. Hierbij bleek dat 3 van de 4 partijen geen heil zagen in het regulier maken van IB. In een gesprek met VWS over dit rapport, bleek tot onze verbazing dat VWS besloten heeft om door te gaan met het regulier maken van IB. Duidelijke argumenten werden hiervoor niet gegeven. Het voorstel was om geen einddatum meer te koppelen aan de beëindiging van het monotatrief zodat de beide financieringsvormen naast elkaar kunnen bestaan en er ruimte komt om een nieuw model te ontwikkelen. De reactie van de Federatie op het rapport “Stip op de horizon” en op dit eenzijdig besluit kunt u lezen via de link. Inmiddels heeft VWS de overleggen hierover opgeschort om zich te beraden op de volgende stappen.

Zoals wij in de vorige nieuwsbrief al vermeldden werd in opdracht van het Zorginstituut Nederland (ZiN) door bureau Berenschot een onderzoek gedaan met als doel het verkrijgen van kennis over samenwerking en netwerkvorming in VSV’s, de ervaringen van zorgverleners hiermee en het ervaren effect hiervan op de patiëntenzorg. Daarnaast had het tot doel het vergroten van kennis over omgevingsfactoren die een rol spelen bij het tot stand brengen van samenwerking en netwerken binnen VSV’s. Het Berenschot rapport: ‘Samen (net) werken in de zorg: Doorbreken van patronen’ is een van de vele rapporten op basis waarvan VWS de vesnellingsaanpak inhoud wil geven. Zoals gezegd zijn wij het als Federatie niet helemaal eens met de conclusies (met name over financiering) en zullen wij onze argumenten ook in de gesprekken naar voren blijven brengen.

Wij moeten hier ook onze excuses maken. We hebben u beloofd in November een bijeenkomst te plannen met onze “huisjurist” Titia Holman. Helaas is dit door een communicatie misverstand niet gelukt. We hebben nog steeds de intentie om zo snel mogelijk dit “Juridisch Spreekuur” digitaal te houden maar het wordt wel na de Kerst helaas. Gezien de ontwikkelingen met de Integrale Bekostiging (IB) heeft dit misschien ook wel voordelen want als er echt IB komt dan heeft dat consequenties met name voor de vraag of je wel of niet een juridische entiteit wordt als VSV.

4. Preventie en goede start
Het rapport van het RIVM geeft zeer duidelijk aan dat er meer moet worden geïnvesteerd in preventie en het creëren van mogelijkheden voor een goede start. De Federatie onderschrijft deze visie en is in overleg met VWS hard bezig om te zien hoe wij als VSV’s hieraan kunnen bijdragen. Wij hebben u op een eerdere bijeenkomst van de Federatie een tool getoond waarmee per gemeente de sociale kaart kan worden ingezien aan de hand van een aantal zorgpaden op psychisch en sociaal terrein. Dit instrument is bijna klaar en zal binnenkort in gebruik worden genomen. Hieraan zijn dan voor de VSV’s geen kosten verbonden! Wij houden u hiervan op de hoogte.

Voor het onderdeel van versnellingsprogramma thema Preventie en Goede Start van VWS is CPZ aangewezen als penvoerder. De Federatie zal binnen dit thema de belangen van de VSV’s en haar cliënten zo goed mogelijk vormgeven.

Zoals eerder beschreven is de Federatie van VSV’s samen met een aantal organisaties waaronder de Patiënten Federatie Nederland, Zelfbewust Zwanger, Landelijk Platvorm Moederraden en de Geboortebeweging in overleg om een landelijk dekkend netwerk van ouderraden op te zetten. De gesprekken hierover verlopen open en goed. Meer hierover in de volgende nieuwsbrief.

5. Data & gegevensuitwisseling
Op dit gebied is de Federatie al op een aantal terreinen actief. Zij is lid van het tripartite overleg waar de indicatoren worden vastgesteld en waar verder wordt gewerkt aan het ontwikkelen van vragenlijsten ter vervanging van de NPS+. Recent heeft de Federatie voor zichzelf geëvalueerd waar 3 jaar van overleg ons heeft gebracht. Wij denken dat we echt een forse versnelling moeten inzetten om te zorgen dat we met elkaar een beter zicht krijgen op de uitkomsten van ons verloskundig handelen, zowel op het niveau van de individuele praktijken (eerste en tweede lijn) als op VSV niveau. Het goede nieuws is dat er door Perined heel hard wordt gewerkt aan het nieuwe dashboard (mijn perined). Het is inmiddels mogelijk om maandelijks de cijfers van uw VSV te zien en deels te benchen met andere VSV’s. Absolute voorwaarde is dan wel dat u ook tenminste maandelijks maar liefst wekelijks aanlevert. Groot voordeel hiervan is dat u snel feedback krijgt en op tijd kan ingrijpen als u het idee heeft dat uw cijfers niet kloppen, of wanneer de cijfers een ongunstige ontwikkeling laten zien.

Uitgangspunt blijft voor ons steeds dat er eenmalig in het kader van het primaire zorgproces wordt geregistreerd en er zo weinig mogelijk handelingen moeten worden verricht om inzicht in de gegevens te krijgen en de gegevens uit te wisselen.
Tevens vinden wij dat de kosten hiervan ofwel bij het VSV komen te liggen als zij hiervoor worden vergoed of op een andere (landelijke) wijze worden gefinancierd.

Vanuit Babyconnect is er een Werkgroep Innovatie en Beheercyclus van gegevens in de Geboortezorg. Ook hierin is de Federatie vertegenwoordigd en denkt zij mee om ervoor te zorgen dat het u als eindgebruiker zo makkelijk en helder mogelijk wordt gemaakt.
Verder moet gemeld worden dat er enige vertraging is opgetreden in de financiering van het Babyconnect traject. Als het goed is zijn alle regio’s hiervan al op de hoogte gesteld. Meer informatie vindt u in de nieuwsbrief van Babyconnect en de brief van VWS.

Zoals u wellicht in de krant heeft kunnen lezen, is door Onatal samen met het Reinier de Graaf ziekenhuis in Delft en de andere VSV partijen een integraal dossier ingericht. De Federatie juicht deze ontwikkeling zeer toe. Wij zijn als bestuur direct betrokken bij deze ontwikkeling en gaan op heel korte termijn, samen met Babyconnect kijken of wij dit veel breder kunnen gaan gebruiken. Iedereen is hier enthousiast over en heeft er veel zin in!

Onderzoek valt ook onder (secundair) datagebruik. De onderzoeken waaraan de Federatie haar medewerking geeft, de FLUXUS studie, de VALID studie (over variatie in inleiden tussen VSV’s) en de bestuurlijke studie, lopen goed. Daarnaast doen wij mee aan de PRICE studie (primary care indiduction of labor) en aan de (aanvraag voor) de COMIC studie: ‘Hoe kan continue zorg door verloskundigen in samenwerking met vrouwen en met partners in de zorg- en welzijnssector – in het kort: continue zorg – stapsgewijs worden ingevoerd als onderdeel van goede en doelmatige integrale geboortezorg voor vrouwen?’
Wij praten u op de volgende ALV in maart weer bij over dit onderwerp!

Capaciteitsproblemen
Tijdens het afgelopen bestuur overleg van 10 September 2021 werd door de aanwezige VSV-bestuurders aangegeven dat de capaciteitsproblemen in de geboortezorg niet enkel een probleem zijn van de ziekenhuizen, maar van het hele VSV. De Federatie werd vervolgens gevraagd zich te richten op de capaciteitsproblemen. We geven hier een stand van zaken:

We hebben de VSV’s kunnen vertegenwoordigen aan de landelijke tafel, waar onder leiding van VWS het gesprek gevoerd werd over de problematiek. Vooraf hebben we een kader geschetst wat ons inziens de hoofdlijn zou kunnen zijn voor de plannen van aanpak op verschillende niveaus, wat gericht was op de volgende pijlers:

1.     Keuzevrijheid van de zwangere staat voorop
2.     Landelijke regie is nodig om de regionale vertaalslag te kunnen maken
3.     Landelijke verantwoordelijkheid is nodig gericht op het toekomstperspectief

De denkrichting van VWS en de uitkomst van het overleg dat afgelopen week heeft plaatsgevonden is als volgt: het ingezette plan van aanpak is gericht op het inzichtelijk maken van de beschikbare capaciteit. CPZ is daarnaast een verkenning gestart naar mogelijkheden voor het inzichtelijk maken van aantallen a terme zwangeren. Het toewerken naar oplossingen zal onder leiding van CPZ en de diverse partijen opgestart gaan worden.

In het overleg met VWS hebben wij wel gevraagd om een heldere stellingname van de politiek namelijk dat het streven moet zijn dat iedere zwangere in haar ” eigen” ziekenhuis kan bevallen. Hier komen we nog op terug.

Het ontbreekt ons inziens echter aan een slagvaardig proces om tot oplossingen en acties te komen. Het ontbreekt ook aan een opdracht vanuit VWS aan de VSV’s om, bij voorkeur in samenhang met naastgelegen VSV’s, een eigen plan van aanpak te schrijven en acties uit te gaan zetten.

De VSV-bestuurders hebben ons duidelijk gemaakt dat het urgentiebesef hiervoor er echter wel is. Daarom vragen we alle VSV’s dan ook met klem om, zonder formele opdracht of ondersteuning, de handschoen zelf op te pakken en zelf een eigen plan van aanpak op te stellen. De kernvraag daarbij is: ‘Wat is er nodig zodat wij als VSV de garantie aan onze zwangeren kunnen geven dat ze als ze in partu zijn welkom zijn in hun ‘eigen’ ziekenhuis?’

Elk VSV kan dit doen vanuit een verschillende uitgangspositie: om de capaciteitsproblemen in je eigen VSV te verminderen, om inzicht te creëren in hoe groot problemen deze daadwerkelijk zijn en/of om te voorkomen dat deze zo groot worden als in de probleemgebieden van ons land.

We helpen jullie graag een handje op weg met een helder format voor de benodigde onderdelen van een capaciteitsplan.

Let op: er is een groot onderscheid tussen een capaciteitscrisis en covidcrisis. Covid noodplannen zijn geen capaciteitsplannen! Het doel van een Covid-noodplan is veiligheid en toegankelijkheid van acute geboortezorg waarborgen. Het doel van een capaciteitsplan is beschikbaarheid en continuïteit binnen het VSV waarborgen.
De bereidheid om een gezamenlijk plan te maken is een belangrijke eerste stap. Waarbij we hopen dat alle betrokken partijen hun verantwoordelijkheid nemen om hun eigen belang opzij te zetten en in discussies terug te keren naar wat de gezamenlijke ambitie zou moeten zijn: als VSV willen wij onze zwangeren kunnen garanderen dat ze als ze in partu zijn welkom zijn in hun ‘eigen’ ziekenhuis.
Hiermee doen we tevens een handreiking naar CPZ, dat verder kan met hun opdracht door bij de onderdelen de mogelijkheden op VSV-niveau inzichtelijk te maken. Deze vele bestaande best practices, werkende en niet werkende ideeën en in sommige VSV’s en IGO’s lopende procedures zijn namelijk de input voor jullie om dit plan van aanpak uit te kunnen werken.

Wanneer jullie bij dit proces vastlopen horen wij als Federatie graag op welke manier wij jullie hierin kunnen ondersteunen. Jullie kunnen je rechtstreeks wenden tot: info@federatievsv.nl

Tot slot

Het is gelukkig weer een hele korte nieuws brief met toch veel informatie geworden. (haha) Het is hoe lastig ook wel erg belangrijk dat u betrokken blijft bij ons werk, want het raakt u allen direct!

Het is inmiddels duidelijk dat wij nog lang niet klaar zijn met die Covid. Dat is moeilijk maar we zullen er met z’n allen mee moeten dealen. Wij hopen dat u allen in goede gezondheid en zonder onnodige stress over financiering of administratieve belasting gewoon fijn uw werk kunt doen. Wij proberen u als Federatie zo goed mogelijk te vertegenwoordigen en zo veel mogelijk ervoor te zorgen dat u uit de wind wordt gehouden.

Op 11 maart zal de eerstvolgende algemene Ledenvergadering plaatsvinden met ook natuurlijk weer veel nieuws! We hopen van harte, maar rekenen er nog niet vol vertrouwen op, dat dit in de Goudse Stroopwafel (het stadhuis) kan plaatsvinden.

Met vriendelijke groeten, namens het Bestuur,

Eric Hallensleben

Voorzitter