Gefeliciteerd met je zwangerschap!

Tijdens de zwangerschap zullen wij jou zo goed mogelijk begeleiden en ondersteunen. Voor de controles ga je naar de verloskundigenpraktijk of, indien medisch nodig, naar het ziekenhuis. In deze folder staat beschreven welke (basis)zorg je in de zwangerschap kunt verwachten. Ook staan er diverse links naar betrouwbare informatie over de zwangerschap, bevalling en het kraambed. Je verloskundige of arts  zal samen met jou bespreken of er in deze zwangerschap voor jou nog extra zorg nodig is. De zwangerschapsperioden zijn in grote lijnen aangegeven, dit kan nog veranderen.

0-7 weken

Je hebt een positieve zwangerschapstest! Een spannende tijd breekt aan. Mogelijk merk je al dat je lichaam verandert. In deze vroege ontwikkeling van de baby is het goed om gezond te leven. Het advies is om dagelijks foliumzuur te slikken. Informatie over de zwangerschap en voeding kun je vinden door te klikken op de links.

♦ In deze periode kan je een afspraak maken voor de eerste controle bij de verloskundige.

♦ In deze periode gaat het hartje van je baby kloppen.

7-10 weken

Je maakt kennis met je verloskundige. In een uitgebreid gesprek komen onder andere je gezondheid en de bijzonderheden in de familie(s) aan bod. Ook krijg je informatie over een gezonde leefstijl tijdens de zwangerschap. Het gesprek heeft als doel om te bepalen welke zorg je in de zwangerschap nodig hebt. Je kunt uiteraard ook al je vragen stellen.

In elke zwangerschap wordt er bloed afgenomen. Bekijk hier wat er precies wordt onderzocht in het bloed. Als je bloed laat prikken in het Groene Hart Ziekenhuis, is het noodzakelijk om een afspraak in te plannen via de website: www.ghz.nl/bloedprikken of via telefoonnummer 0182-757231.

In de zwangerschap zijn meerdere onderzoeken mogelijk naar de gezondheid van de baby. Dit heet prenatale screening. Je bepaalt zelf of je gebruik wilt maken van deze onderzoeken. Het is goed om hier vooraf al over na te denken. Informatie hierover vind je op de website Onderzoek van mijn ongeboren kind

De baby is nog te klein om het hartje te kunnen horen. Wel zal in deze periode de eerste echo gemaakt worden. Er kan dan precies gemeten worden hoever je zwanger bent en je kunt het hartje zien kloppen.

♦ Ingewanden zoals maag, lever, nieren en hersenen gaan werken. Ook kan de baby al bewegen. Er zijn armpjes en beentjes zichtbaar.

♦ Mochten jij en je partner niet getrouwd zijn, dan is dit een goed moment om de ‘Erkenning van het ongeboren kind door de partner’ te regelen bij de gemeente.

♦ Vergeet niet om de huisarts en apotheek in te lichten over je zwangerschap.

10 – 12 weken

Vanaf nu meet de verloskundige elke controle je bloeddruk en luistert ze naar het hartje van de baby. In deze periode maak je, indien gewenst, een afspraak voor onderzoek naar de gezondheid van de baby (prenatale screening).

Je kunt je aanmelden bij een kraamzorgorganisatie, kijk ook bij je zorgverzekeraar na met welke kraamzorgorganisaties zij samenwerken.

♦ Je kunt je aanmelden bij een kraamzorgorganisatie, kijk ook bij je zorgverzekeraar na met welke kraamzorgorganisaties zij samenwerken.

12 – 20 weken

In deze periode kom je twee keer op controle bij de verloskundige. De uitslag van het bloedonderzoek is bekend en zal met je besproken worden. Als je dat wenst, zullen de 13 weken-echo en de 20 weken-echo gepland worden.

Je kan je in deze periode aanmelden voor zwangerschapscursus.

♦ Je kan je in deze periode aanmelden voor zwangerschapscursus.

20 – 24 weken

We bespreken met je of je borst- of flesvoeding wilt gaan geven. Je krijgt informatie over de 22 weken prik, ook wel kinkhoestvaccinatie genoemd. Indien nodig doen we een suikertest om te kijken of je zwangerschapssuiker hebt.

♦ Je zult vanaf nu je kindje gaan voelen bewegen.

27 – 30 weken

Met een bloedonderzoek wordt gecontroleerd of het ijzergehalte in het bloed nog steeds voldoende is. Afhankelijk van de bloedgroep zal extra onderzoek naar de Rhesusfactor van de baby plaatsvinden.

Soms kan er reden zijn om een extra echo-onderzoek te doen. De verloskundige zal dit dan met je bespreken.

Vanaf 28 weken is het belangrijk dat je elke dag bewegingen van de baby voelt. Er wordt met je besproken wanneer je contact moet opnemen.

Als je voor de eerste keer zwanger bent, neemt de kraamzorg contact met je op voor een intake bij je thuis.

♦ Als je voor de eerste keer zwanger bent, neemt de kraamzorg contact met je op voor een intake bij je thuis.

30 – 34 weken

Je bent inmiddels hoogzwanger! Je komt steeds vaker op controle. Het is goed om je voor te gaan bereiden op de bevalling. Informatie over de bevalling kun je vinden op www.deverloskundige.nl. Je krijgt een afspraak voor een uitgebreid bevallingsgesprek. Hierin kunnen al veel vragen beantwoord worden en stemmen we elkaars verwachtingen af. Als je wilt kun je een geboorteplan maken en deze meenemen naar het gesprek. 

Vanaf 34 weken kun je met zwangerschapsverlof gaan.

♦ Vanaf 34 weken kun je met zwangerschapsverlof gaan.

37 – 39 weken

Vanaf nu mag de baby geboren worden. Je komt elke week op controle. Het is handig als de baby met het hoofdje naar beneden ligt. Als dit niet het geval is, bespreekt je verloskundige de opties met je.

♦ Staan alle spullen klaar? Want vanaf nu mag de baby geboren worden.

♦ Bij je kraamzorgorganisatie of bij een thuiszorgwinkel kan je bedverhogers huren. Het bed moet 80 cm hoog zijn.

40 – 42 weken

Je bent voorbij de uitgerekende datum. De verloskundige controleert of jouw conditie en die van de baby goed blijven. Jullie maken samen een plan voor de laatste weken van de zwangerschap. Ook wordt er in de 41e week een extra controle afgesproken in het ziekenhuis.

♦ 3-5 % van de baby’s wordt op de uitgerekende datum geboren. Bij ongeveer 3 op 4 vrouwen begint de bevalling voor 42 weken vanzelf.

Je bent voorbij de uitgerekende datum. De verloskundige controleert of jouw conditie en die van de baby goed blijven. Jullie maken samen een plan voor de laatste weken van de zwangerschap. Ook wordt er in de 41e week een extra controle afgesproken in het ziekenhuis. 

De bevalling
Elke bevalling is anders maar het gemiddelde proces is vaak toch hetzelfde. De tijdsduur kan wel per vrouw en per bevalling behoorlijk verschillen. Een normale bevalling verloopt ongeveer als volgt:

Richting het einde van de zwangerschap maakt het lichaam het hormoon prostaglandines aan. Deze prostaglandines worden in de vliezen gemaakt en zorgen voor het rijpen (korter en soepel worden) van de baarmoedermond. Ook zorgt prostaglandine voor de aanmaak van oxytocine. Oxytocine zorgt voor het samentrekken van de baarmoeder, dit zijn weeën. Hoe meer oxytocine je lichaam maakt, hoe meer weeën je krijgt.

De bevalling kent drie fases:

  • De ontsluitingsfase
  • De uitdrijvingsfase
  • Het nageboortetijdperk

De ontsluitingsfase

De ontsluitingsfase bestaat ook weer uit drie fases:

De voorbereidingsfase
Deze fase is een rustige overgang van zwangerschap naar bevalling. Dit gebeurt door voorweeën en harde buiken. Deze kunnen soms best een tijdje aanhouden en soms weer afzwakken. De een heeft hier meer last van dan de ander. Deze harde buiken en voorweeën zijn vaak onregelmatig en zorgen voor veranderingen van de baarmoedermond. Dit kan ook wat ontsluiting geven, vaak zo’n 1 tot 2 centimeter. Dit gebeurd niet bij iedereen.

De latente fase
De bevalling is begonnen. Deze beginnende weeën komen steeds regelmatiger en vaker, met ongeveer 1 tot 2 weeën per 10 minuten. Omdat het beginnende weeën zijn kan je ze nog gemakkelijk wegzuchten en doorpraten. Door deze weeën wordt de baarmoedermond korter en zachter en ontstaat tot 2 tot 3 centimeter ontsluiting. Deze fase duurt gemiddeld 8 – 12 uur.

De actieve fase
In deze fase zijn weeën regelmatiger en krachtiger, ze duren nu 60-80 seconden en zorgen voor de verdere ontsluiting – tot 10 cm. Een beetje slijmerig bloedverlies is hierbij normaal. Gemiddeld ontsluit je bij je eerste kind 1 cm per uur. Bij een volgend kind verloopt de bevalling over het algemeen wat sneller. Vanaf 10 centimeter en persdrang begint de uitdrijvingsfase.

De uitdrijvingsfase
Tussen het laatste stukje ontsluitingsfase en het begin van de uitdrijvingsfase zal je steeds meer druk gaan voelen. Na een tijdje kan je niks anders dan meegeven aan deze drang, dit is persdrang. De persdrang zorgt ervoor dat je kindje verder in je bekken zakt. Ook helpt het jou met persen. Gemiddeld pers je voor je eerste kind 1 – 2 uur. Ben je eerder vaginaal bevallen dan pers je gemiddeld 30 minuten. Ook in deze fase kunnen verschillende baringshoudingen deze fase bevorderen.

Nageboortetijdperk
Na de geboorte van je baby zal je nog meestal nog één keer een goede wee voelen, dit is om de placenta geboren te laten worden.

In sommige gevallen is het nodig om een prik met oxytocine te geven om het bloedverlies zo min mogelijk te houden en de geboorte van de placenta te bespoedigen. In het ziekenhuis wordt dit vaak via het infuus gegeven en anders via een prik in je bovenbeen. Bij de verloskundige wordt dit soms gedaan.

Bevallingspijn

Iedereen ervaart haar bevalling anders, maar over het algemeen ervaart iedere vrouw het als pijnlijk. Gelukkig zijn er verschillende manieren om, om te gaan met pijn, kijk voor meer informatie in deze folder.

Het is goed om je ook in te lezen over de verschillende medicijnen die we kunnen geven tegen de pijn. In het Groene Hart Ziekenhuis kan je kiezen tussen een ruggenprik (epiduraal) en een pethidine prik.

Wat mag je van ons verwachten

De geboorte van een kind is een heftig maar ook heel bijzonder en mooi moment in je leven. De verloskundige en/ of gynaecoloog begeleiden je graag tijdens dit moment. Hieronder leggen wij uit wat voor ons normaal is en wat je van ons mag verwachten. 

Verschillende houdingen

Veel vrouwen vinden het tijdens de ontsluiting en het persen prettig om te bewegen. Daarnaast weten we dat verschillende houdingen je bevalling bespoedigen. Wij zullen je motiveren om verschillende houdingen uit te proberen om te zien wat je prettig vindt. Benieuwd naar wat voor houdingen je kunt denken, kijk dan ook eens in deze folder. 

Geboorte

Zodra je kindje geboren wordt leggen we de baby bloot op de blote borst van moeder. Daar zullen we de baby afdrogen en een muts opzetten. Nadat de navelstreng is uitgeklopt knipt je partner of eventuele andere aanwezige de navelstreng door. Je mag zelf kiezen voor een navelklem of cordring. Indien je een cordring wenst moet je zelf voor de aanschaf hiervoor zorgen. Het eerste uur blijft de baby bij jou op je borst. Wil je borstvoeding geven zullen we je daar in het eerste uur meehelpen. Vaak zie je dat een kindje zelf op zoek gaat naar de borst door zuigende en smakkende bewegingen te maken. Stel dat je baby direct na de geboorte wat extra hulp nodig heeft van de kinderarts, gebeurt dit altijd bij jou op de kamer. Op deze manier kan jij ook zien wat er gebeurt.

Geboorteplan

In een geboorteplan schrijf je jouw ideeën, verwachtingen en wensen voor de bevalling op. Bespreek dit ook met je partner en met de verloskundige.

Communicatie

Communicatie tijdens de bevalling vinden wij allemaal erg belangrijk. We zullen dus altijd ons uiterste best doen om tijdens de bevalling met elkaar te blijven praten over jullie wensen. Natuurlijk geven we uitleg en advies over welke handelingen we (kunnen) doen.

De kraamtijd

De verloskundige is verantwoordelijk voor de zorg voor jou en je kindje. het kraambed. Deze verantwoordelijkheid loopt tot ongeveer zes weken na de bevalling. Het consultatiebureau neemt de zorg voor het kindje ruim een week na de bevalling over.

De kraamverzorgster is overdag bij je thuis aanwezig. De kraamverzorgster is er voor de verzorging van moeder en kind. Ze zal elke dag meerdere controles uitvoeren. Deze controles neemt de verloskundige als ze langskomt over. Daarnaast zal de kraamverzorgster altijd helpen met het voeden van het kindje, zowel bij borstvoeding als bij kunstvoeding. Ze zal hier adviezen en tips over geven.

Mocht je problemen hebben bij de borstvoeding, kun je altijd contact opnemen met een lactatiekundige. Dit kan ook na de kraamtijd.

De verloskundige komt de eerste week meerdere keren langs. Vanaf 72 uur na de geboorte kan de hielprik gedaan worden door de verloskundige. Waar de hielprik voor is, kun je hier lezen.  De uitslag van de hielprik komt binnen vijf weken per post. Als er iets bijzonders gevonden wordt, wordt je vaak al eerder gebeld door de verloskundige of huisarts.

De gehoortest wordt gedaan door een jeugdverpleegkundige van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Meestal vindt dit aan het einde van de kraamweek thuis plaatst.

Aan het einde van de kraamweek of net na de kraamweek neemt het CJG contact met je op over een kennismakingsgesprek. Soms komt de jeugdverpleegkundige thuis, soms gaat dit telefonisch.

Gastverblijf

Soms is het helaas zo dat het kraamtijd niet thuis kan plaatsvinden. Bijvoorbeeld als het kind medische zorg nodig heeft. Als kraamvrouw word je dan “ontslagen” uit het ziekenhuis, maar jullie kindje blijft opgenomen. Gelukkig mag je dan altijd bij je kind blijven, maar het ziekenhuis is dan niet meer verantwoordelijk voor jou als kraamvrouw. De verloskundige neemt deze zorg over. Er wordt contact met je opgenomen door de verloskundige hoe deze zorg wordt gegeven.

Rooming in

Als je niet bij je kindje wilt blijven of de gastverblijf periode voorbij is, dan mag je blijven op basis van rooming- in. De controles door de verpleegkundigen en het patiëntenbed komen in dit geval te vervallen. Ben je nog kraamvrouw, dan zal de kraamverzorgster van thuis jouw controles doen. Dit regel je zelf. Je mag in deze periode je eigen eten meebrengen. Wil je eten van het ziekenhuis dan kan je bij de voedingsassistent een bon kopen.

Nacontrole

De nacontrole vindt ongeveer zes weken na de geboorte plaats. Dit doet de zorgverlener die ook de bevalling begeleid heeft. Het is een afsluitend gesprek om te horen hoe het met je gaat, hoe het herstel verloopt, waar je tegen aan loopt en hoe je terugkijkt op de zwangerschap/bevalling/kraamtijd. Ook wordt er indien van toepassing een advies gegeven voor een eventuele nieuwe zwangerschap.